In deze onwerkelijke tijd laten we personen aan het woord die – vaak op de achtergrond – aan het werk zijn om te zorgen dat wij met elkaar kunnen genieten van onze mooie sport in de afdeling Noord. In deel 17 spreken we uitgebreid met de uit Dedemsvaart afkomstige Aico Beugelink.

Ruim 28 jaar houdt hij zich bijna dagelijks bezig met onze tafeltennissport. Maar de laatste maanden kwam de klad erin. Randzaken kwamen zijn spel en plezier niet ten goede. ‘Eigenlijk kwam de lockdown dus helemaal niet zo slecht uit’, zegt de 39-jarige ledenadministrateur en competitieleider Regio Drenthe van de afdeling Noord. Aico: ‘Nu gedwongen rust pakken om hopelijk later de sport weer met hernieuwde passie op te pakken. Om toch in beweging te blijven, moet ik mij verzetten om stukken te lopen of te fietsen. Musky en  Mandy, onze energieke Jack Russell terriërs hebben nu even niet te klagen over wat extra uitgaanstijd. Ook muziek krijgt volop aandacht. Ik kan soms hele avonden op zoek zijn naar – doorgaans elektronische – andere versies van populaire top 40 nummers. Soms mix ik zelf wat muziek aan elkaar. Nu de tafeltennis-pauze wat langer duurt, begin ik  te toch wel de wekelijkse wedstrijdjes tegen clubgenoten en in de competitie te missen. In mijn beleving kun je trainen wat je wilt, je leert het meest door wedstrijden te spelen. Daar krijg je vaker onverwachte ballen, terwijl je met trainen veelal in enigszins voorspelbare patronen beweegt.’

Clubman
Sinds 1991 is Aico al lid van TTV Dedemsvaart. ‘Ook daar ben ik al jarenlang vrijwilliger. Ik ben nooit gestopt en heb nergens anders gespeeld. Het ligt nu dus stil en dat geldt eigenlijk ook voor het vrijwilligerswerk. Eind februari heb ik formeel afscheid genomen als bestuurslid, maar door de coronacrisis heeft de overdracht van het penningmeesterschap nog niet plaatsgevonden’, vertelt Aico, die op de achtergrond dus nog betrokken blijft bij het bestuur. Veel werk kan er op dit moment niet worden verricht, tot teleurstelling van Aico. Hij had zich maar al te graag gestort op de Kampioenschappen van Avereest, maar dat gaat helaas niet door. Het toernooi trok de laatste tien edities jaarlijks zo’n 185 deelnemers, dik 90% van de maximale zaalcapaciteit. Aico is enthousiast over het evenement. Aico: ‘In2016 registreerden we 225 aanmeldingen en hebben we velen moeten teleurstellen. Dat het toernooi nog bestaat is een klein wonder. We hadden tot 2004 te maken met dalende deelnemersaantallen. De 2005-editie kon zelfs niet doorgaan omdat de gemeente de sporthal niet tijdig vrijgaf. In 2006 hebben we het oor te luister gelegd bij de deelnemers om erachter te komen wat zij belangrijk vinden. Hier zijn we mee aan de slag gegaan en in 2007 hadden we uit het niets een recorddeelname van 111 deelnemers, een jaar later zelfs 191!’ Het succes werd groter en groter. Dat is een groot verdienste van de club. Aico, met gepaste trots: ‘Met veel kracht en inspanning lukt het ons om deelnemers aan ons toernooi te binden. Het is een mooi toernooi geworden als voorbereiding op de najaarscompetitie waarin veel spelen een krachtige magneet blijkt om deelnemers te trekken. Ik ben tevreden dat wij velen een plezier hebben kunnen bieden. En tuurlijk, er gaat ook nu nog best eens wat fout. Ik ben er inmiddels wel achter dat deelnemers bij elkaar meer fouten maken dan de organisatie.’

Landskampioen
‘Mijn mooie tafeltennismoment? Dat was het landskampioenschap van ons meisjesteam in het seizoen 2005-2006’, werd antwoordt Aico enthousiast. ‘Dat was het derde seizoen op rij dat onze meiden de kampioensgroep haalden. Ik was vanaf het seizoen 2003-2004 wedstrijdsecretaris voor de jeugd en herinner mij een valse start door dit team te laat op te geven voor de competitie. Dat werd in de zomer door het Hoofdbestuur teruggedraaid, wat helaas mede leidde tot het aftreden van de jeugdcompetitieleider.’ Het succesjaar ligt nog vers in het geheugen. Aico weet nog precies hoe het allemaal verliep. Aico:  ‘Onze meiden, Chantal Knol, Amanda van Dijk en Eline Gras, waren misschien wel favoriet voor de titel. Na de eerste zeven wedstrijden stonden zij bovenaan en namen ze het in de halve finale op tegen Taverbo/Sabo. Thuis werd 6-4 gewonnen en uit in Boxtel was er zelfs een 3-7 winst. De finale was tegen Victoria uit Hilversum en ging over maximaal drie wedstrijden. De eerste wedstrijd was in de Mediastad. Het was de enige uitwedstrijd die ik van de meiden heb bijgewoond. Ik wilde weten hoe de tegenstander alles geregeld had en wat erbij kwam kijken om de finale te mogen organiseren. Natuurlijk kwam ik ook mee voor de wedstrijd. Ik kan me nog herinneren hoe de speelsters reageerden op hun eerste kennismaking met de uiterst strenge bondsscheidsrechters. Ze werden angstig in hun spel en dat kwam de wedstrijd niet ten goede. In een heel spannende eerste wedstrijd viel de beslissing in de laatste set. We wonnen er met 4-6. Dat betekende dat een week later in eigen huis een gelijkspel volstond voor de titel. Een geweldig volle gymzaal zoals we die zelden hadden. De scheidsrechters voor deze return waren een stuk milder waardoor er leukere wedstrijd was en zeker voor ons. Onze coach, wijlen Karel van der Staaij, stelde de speelsters zo op dat de wedstrijd zo snel mogelijk onze kant op zou vallen. Deze tactische zet pakte perfect uit, via 1-0, 2-0, 2-1, 3-1, 4-1 en 5-1 werd de grootste prijs uit de historie van onze club binnengehaald en barstte een mooi feest uit. En de meiden gingen op de platte kar van de teamsponsor door het dorp. Geweldige trots dat het gelukt is en dat ik achter de schermen een steentje heb mogen bijdragen.’

Jeugdcompetitie ter ziele?
Mooie successen met het meisjesteam smaken naar meer. Toch zal dat geen gemakkelijke opgave zijn, omdat de meisjescompetitie inmiddels niet meer bestaat. Aico kijkt verder dan alleen de meisjescompetitie. Aico: ‘Met lede ogen zien we dat afdelingsbreed het aantal jeugdleden dat competitie speelt geleidelijk afneemt, waardoor ook de jeugdcompetitie in de afdeling Noord voor zijn voortbestaan moet vrezen. Ik hoop dat we dit nog kunnen keren, want echt de jeugd heeft de toekomst. 250 nieuwe jeugdleden werven (die hopelijk massaal competitie gaan spelen) is een uitdagend streven van de afdeling Noord. Ik hoop dat verenigingen dit met elkaar voor elkaar kunnen krijgen. Onze meiden zijn, net als ik, zo rond hun 10e lid geworden door eigenlijk met een vriendinnetje mee te gaan naar de vereniging. Dat is misschien wel de beste manier om te werven, mond tot mond reclame. Wat is er nou leuker dan met een bekende mee te gaan? Als ieder jeugdlid een of twee vriendjes of vriendinnetjes zo lid kan maken, dan kunnen we het streven van de afdeling Noord een flinke duw in de goede richting geven en uiteindelijk zelfs de jeugdcompetitie redden!’

Senioren
Naast de jeugdcompetitie heeft Aico ook een uitgesproken opvatting over de seniorencompetitie. ‘Ik hoop dat we de seniorencompetitie nog jaren in stand kunnen houden. Wat mij part is de huidige opzet de mooiste keuze en niet uit de tijd. Natuurlijk, het kan een keer laat worden, maar als je dat incalculeert, hoef je er ook niet over te klagen. Ik mocht de enquête over de pilot altijd-3-games verwerken. Hier kwam voor mij een beeld naar voren dat competitie spelen als een avondje uit wordt ervaren waarbij de soms lange tijdsduur wel als bezwarend werd benoemd, maar niet persé als grootste drempel wordt beleefd.’ Deze opzet gaat geen vervolg krijgen binnen de afdeling. Toch moeten we blijven zoeken naar opties om de wedstrijdduur iets te verlagen, zo vervolgt Aico: ‘Het eredivisiemodel met vrije opstelling en dubbelspel zou dat kunnen zijn. Eerst als pilot en zeker niet direct een definitieve invoering zoals nu voorgesteld.’ Door corona is het bedoelde voorstel nog niet behandeld en dus zal in de najaarscompetitie (als er gespeeld mag worden) hoe dan ook naar alternatieven gekeken moeten worden. Aico: ‘De 1,5 meter maatschappij kan ons misschien wel dwingen het dubbelspel (tijdelijk) te schrappen. Daarmee is het eredivisiemodel dan geen goede keuze meer is, want dan blijft er nog minder over van het avondje uit. In afdeling Oost wordt de triocompetitie senioren sinds enige tijd gespeeld zonder dubbelspel. Zolang het virus een rol speelt, is het misschien niet ondenkbaar om dat ook in afdeling Noord te doen. Hoe dan ook: hopelijk kunnen we weer snel met elkaar de strijd aan, al dan niet in een aangepaste vorm.’

‘Ik wens iedereen alle wijsheid en gezondheid toe!’